Huisliturgie in Corona-tijden – 26/4/2020

Nav de corona-maatregelen kan de gemeenschap tijdelijk niet meer samen komen in de vertrouwde Minnewaterkapel. Er werd beslist om over te stappen naar een huisliturgie. Elke abonnee op de nieuwsbrief krijgt de link doorgestuurd met de teksten en de muziek voor de volgende viering.

Op zondag om 10u30 of op een ander moment dat je past kan wie wil van thuis uit met deze insteek aan de slag, in de wetenschap dat de rest van de gemeenschap met haar of hem verbonden is.

Praktisch:

  • Een kleine waarschuwing vooraf: zet je volumeknop in het begin niet te luid om niet verrast te worden!
  • Hoe gebruik ik dit?
    • je kunt op de tablet of de PC scrollen door de tekst die onder de foto staat. De muziek staat op de juiste plaats waar je hem nodig hebt.
    • Als je het makkelijker vindt om de tekst af te printen, die kun je in makkelijk af te drukken vorm vinden onder deze link (11 bladzijden). Er staat aangegeven waar welke muziek wordt gebruikt (zie hieronder).

—————–

OPENINGSGEBED PSALM 13

Hoe lang nog mij, vergeten, mij.
Wegkijken, weg van mij?
Hoe lang nog moet ik me geen raad weten in mijn ziel?

Bang bang voor de doodsvijand
Die Dood heet, Leegte, Niets.

Hij zàl me, haalt me in, slaat toe, hoont jouw naam.
‘Ik-zal-er-zijn’? Die? Nee,
Ik zal hem krijgen, eindelijk.

Dan nog klamp ik mij vast aan jou, of je wil of niet.
Ik zal red mij red mij roepen
Of zoiets als heb mij lief…

—————–

LIED


Wek mijn zachtheid weer.
Geef mij terug de ogen van een kind.
Dat ik zie wat is.
En mij toevertrouw.
En het licht niet haat.

—————–

ALS INLEIDING OP DE EVANGELIELEZING: GEUREN IN DE BIJBEL (C. VERBEECK)

Geur wordt zelden nog beschouwd als bron van kennis. Wij vertrouwen op onze ogen en oren. Maar in bijbelse tijden was geur een belangrijk communicatiemiddel, zegt kunsthistorica Caro Verbeek. ‘In veel bijbelverhalen spelen geuren een belangrijke rol.

Een geur kun je niet via e-mail versturen. Dat maakt geur niet waardeloos, maar juist speciaal, meent kunsthistorica Caro Verbeek. “In onze gedigitaliseerde cultuur worden we overspoeld met beelden en geluiden die met één druk op de knop te kopiëren zijn. We kunnen Picasso’s ‘Guernica’ thuis op de computer bekijken, en op Facebook bladeren we vluchtig door elkaars fotoalbums. Dat doet afbreuk aan de unieke ervaring van het authentieke. Een geur kun je alleen ter plekke ruiken. Geur biedt een unieke en intieme ervaring die de huidige technologie vooralsnog niet kan vervangen.”

Volgens Verbeek is het tijd voor een herwaardering van de reuk. Geur komt er in het Westen namelijk maar bekaaid vanaf, zegt ze. Al in de oudheid deelde Aristoteles reuk in bij de ‘lagere zintuigen’. “Zicht stond op de eerste plaats, met gehoor op nummer twee, en reuk, tast en smaak op een inwisselbare derde, vierde en vijfde plaats.

Toch gold geur tot in de Middeleeuwen als een belangrijk onderdeel van het geloof. Niet voor niets werd er in de katholieke kerk wierook gebruikt om een gebed te laten opstijgen. Die wierook voegde echt iets toe. Enkel een gesproken gebed was minder effectief, was de overtuiging.

De twaalfde-eeuwse Duitse mystica Hildegard van Bingen zag geur zelfs als het geschiktste communicatiemiddel met God: geur stijgt op en is net als God onzichtbaar. Bovendien gaat geur voorbij aan het intellect, en het heeft een directe werking.

Verbeek praat niet alleen over het belang van geuren, ze laat dat ook zien – of liever ruiken – tijdens een lezing die ze geeft over geur in bijbelverhalen. “In veel bijbelverhalen spelen geuren een essentiële rol. We zijn gewend om deze verhalen visueel gerepresenteerd te krijgen, bijvoorbeeld als schilderij. Maar de geur van wierook is geen interpretatie, die is precies hetzelfde als tweeduizend jaar geleden.”

Een van de door Verbeek gebruikte bijbelverhalen is de ‘zalving te Bethanië’, zoals opgetekend in het evangelie naar Johannes: ‘Maria nam een kruikje kostbare, zuivere nardusolie, zalfde de voeten van Jezus en droogde ze af met haar haar’ Ook Marie Magdalena gebruikte nardusolie. De speciale band tussen Jezus en Maria wordt uitgedrukt in de geur van de nardusolie, ook omdat die geur alleen bestemd was voor hooggeplaatste figuren als koningen en priesters. Zo’n kruik kostte ongeveer een jaarinkomen, omdat de nardus alleen in de Himalaya groeit en omdat de olie met stoomdestillatie uit de wortels moest worden gehaald. Dat duidt dus ook op de bijzondere status van Jezus.”

Deze status speelt eveneens een rol bij bij Jezus’ geboorte: drie koningen komen  uit het Oosten naar Jezus’ kribbe om hem te eren met goud, wierook en mirre. “Die laatste twee geschenken waren geuren, en ze waren net als de nardusolie bedoeld voor hooggeplaatste personen. ‘Christus’ betekent ‘gezalfd’. In een geschrift uit de zesde eeuw is bovendien een profetische waarde toegekend aan de wierook en de mirre. Wierook is heel zoet, dat verwees naar de heiligheid van Jezus, en mirre is heel bitter, dat wees vooruit naar zijn lijden. De geur was dus niet alleen iets wat vies of lekker werd gevonden, in de aromatische kwaliteit had hij een betekenis. Dat zijn we in onze tijd helaas verloren, om geuren als betekenisdragers te zien.”

Tijdens een lezing wil ik nieuwe geurherinneringen creëren. Zodat je op elk moment van de dag ineens onverwacht geconfronteerd kan worden met een bijbelverhaal. Zelf heb ik dat ook vaak. Laatst was ik in Vlissingen om een lezing te geven. Ik stapte uit de trein en ik rook het zoute zeewater. Toen dacht ik meteen aan Jona en de walvis.”

—————–

LEZING: JOHANNES 11, 57 – 12, 1-11 DE ZALVING IN BETHANIË

De hogepriesters en Farizeeën hadden namelijk bevel gegeven, dat ieder die wist waar Hij was, het zou melden; dan konden zij de hand op Hem leggen.

Zes dagen voor Pasen kwam Jezus te Betanië, waar Lazarus woonde, die Hij uit de doden had opgewekt. Men gaf daar ter ere van Hem een maaltijd. Maria bediende en Lazarus was een van degenen die met Hem aanlagen. Maria nu nam een pond nardusbalsem, echte en heel kostbare, zalfde daarmee Jezus’ voeten en droogde ze met haar haren af. Het huis hing vol balsemgeur.

Daarop zei Judas Iskariot, een van zijn leerlingen, dezelfde die Hem zou overleveren:  “Waarom is die balsem niet voor driehonderd denaries verkocht en het geld aan de armen gegeven?”  Hij zei dat, niet omdat hij bezorgd was voor armen, maar omdat hij een dief was en uit de beurs die hij bewaarde, wegnam wat erin kwam.

Jezus echter zei: “Laat haar begaan. Zij heeft dit gebruik onderhouden, vooruitlopend op de dag van mijn begrafenis. Want de armen houdt gij altijd bij u. Mij echter niet altijd.”

Intussen waren heel veel Joden te weten gekomen dat Jezus daar was, en kwamen erheen niet alleen omwille van Jezus, maar ook om Lazarus te zien die Hij uit de doden had opgewekt. De hogepriesters besloten toen ook Lazarus uit de weg te ruimen, omdat om hem veel Joden wegliepen en in Jezus geloofden.

—————–

OVERWEGING

Een fijne neus

“Blijf in uw kot” zei Maggie Deblock, “als ge ziek zijt”. Zelfs niet ziek zijn we ongeveer zover gekomen maar bewegen is een must en wat heeft dat te maken met reuk en smaak? En wat hebben reuk en smaak te maken met spiritualiteit?

Bomen en planten staan in de grond, onbeweeglijk, en leven van het water, de voedingsstoffen en mineralen uit de grond en van het zonlicht op hun bladeren. Maar dieren, waaronder mensen, moeten op zoek naar hun voedsel, naar water, en, niet te vergeten, naar een partner. Ze moeten bewegen en dus “bewogen” worden. Daartoe dient het reukzintuig, bij dieren zeer goed ontwikkeld en efficiënt tot op grote afstand. De reukprikkels worden door de reukzenuw geleid naar de temporaal- of slaapkwab welke in onze hersenen ook het centrum is van emoties. Lees letterlijk: motie of beweging, e- betekent uit, vandaar emotie: naar buiten bewegen. Met andere woorden: emotie is wat ons uit ons kot jaagt, naar voedsel, naar een ander, naar zaligheid en verzadiging, of het is ook wat ons afstoot en afstand doet nemen, wie weet doet wegjagen of zelf doet wegrennen.

De reuk is het zintuig van de affectie, de basis van de keuken en van de parfumindustrie maar ook van de gehechtheid van het kind aan zijn moeder (meer dan aan zijn vader). Ik las dat de geur van de moeder bij de borstvoeding door de baby vereenzelvigd wordt met het zalige drinken en zich verzadigen aan de moedermelk. Daar is het goed, daar is het veilig.

De kracht van dit biologische centrum mag niet onderschat worden want ze staat dus in voor het zoeken naar voeding om in leven te blijven en drijft ons tot in eigenaardige standjes om ons (wie weet tot onze verrassing) voort te planten. Ze bepaalt ook de intensiteit van onze behoefte aan veiligheid. Dit kan ertoe leiden dat heftig gereageerd wordt tegen wat vreemd is of hinderlijk. Denk aan daklozen (en hun reuk) of vluchtelingen. Het aangetrokken worden of afstoten is een basale reactie en er zal veel rationele verwijzing naar het hart nodig zijn om dit te overwinnen. En de strijd zal nooit gestreden zijn.

Zo komen we op het niveau van de moraliteit. Ook ons moreel oordeel zal altijd zijn oorsprong hebben in wat we affectief aangenaam en goed of onaangenaam en niet goed vinden. “Doe niet aan een ander wat je niet wil dat ze jou aandoen” is geen verlichte ratio maar beschrijft de emotie welke gepaard gaat met bepaalde handelwijzen, die vervolgens als ethisch onwenselijk worden verklaard. Discussies over euthanasie en abortus lijken soms de vrucht van een verlicht vrijheidsdenken. Hun oorsprong is in feite de emotie welke we ervaren als we ons in de plaats voelen van een mens die zich in een of andere noodsituatie bevindt. Wat een handeling (of niet handelen) doet met een ander zal altijd de uiteindelijke toetssteen zijn van ons ethisch denken. De rationaliteit van de ethicus komt nadien, als in een complexe situatie (en elke menselijke situatie is complex) keuzes zullen moeten gemaakt worden tussen tegenstrijdige belangen. Zoals nu in Covid-tijden: welke zijn de prioriteiten? Welke afwegingen moeten gemaakt worden? Welke offers zal men brengen en wie of wat zal geofferd worden?

Zo komen we uit bij de goed ontwikkelde smaak. Reuk en smaak gaan samen: wie zijn reuk verliest behoudt slechts vier elementaire smaaksensaties terwijl het reukorgaan elke afzonderlijke molecule kan detecteren en onthouden. Zonder reuk zal men nooit meer kunnen genieten van de finesses van asperges, van een glas wijn of van heerlijk fruit. Voorbij de basale aantrekking van zoet of de afweer tegen zuur of bitter zal men, traag en geleidelijk, de vele variaties en nuances van een goede maaltijd leren herkennen en op prijs stellen. Tijdens het groeiproces en het volwassen worden zullen de emoties in onze temporaalkwab verfijnd en uitgezuiverd worden. Zij zullen ook de omgang met anderen bepalen: de beleefdheid, het respect, de ontvankelijkheid, het zoeken naar de vele kleuren en geuren van levenswijzen en omgangsvormen, de nuances in meningen en redeneringen. Wij zijn sterk bepaald door maar niet de slaaf van onze temporaalkwab. Wij voeden haar op, oefenen haar en brengen haar tot rijpheid. Wij worden stilaan de baas over haar drijvende kracht en rijden de rit van ons leven, letterlijk.

Laat ons dus maar houden van die temporaalkwab, tot leven gebracht vanuit de eerste reuksensaties maar ontwikkeld tot een prachtig fabriekje van smaakvol, verfijnd en intens genot. Laat ons door het leven gaan met een fijne neus voor wat goed of mooi is en met de kracht om met goede smaak met anderen om te gaan.

Gezondheid, zeker in coronatijden!

—————–

LIED

De tekst is gemaakt naar Augustinus’ Belijdenissen. Slechts op enkele plaatsen geeft Oosterhuis aan de antieke tekst een nieuw accent.

Zo wordt ‘te laat’ sterker benadrukt: ‘veel te laat’. Oosterhuis kiest beelden van wie ziende niet zien (Matteüs 13:13), van uitgegoten water (Psalm 22;15) dat wegloopt van zijn bron, en van de in den vreemde verloren zoon (Lucas 15:11).

De waarneming van de uiterlijke schoonheid van de wereld is een zaak van de vijf zintuigen. Die worden hier metaforisch aangewend om Gods hunkeren naar de mens te beschrijven, en hoe de mens daarop reageert.


Veel te laat heb ik jou lief gekregen
schoonheid wat ben je oud wat ben je nieuw.

Veel te laat heb ik jou lief gekregen.
Binnen in mij was je, ik was buiten
en ik zocht jou als een ziende blinde
buiten mij, en uitgestort als water
liep ik van jou weg
en liep verloren
tussen zoveel schoonheid
die niet jij is.

Toen heb jij geroepen en geschreeuwd,
door mijn doofheid ben jij heen gebroken.
Oogverblindend ben jij opgedaagd
om mijn blindheid op de vlucht te jagen.

Geuren deed jij en ik haalde adem,
nog snak ik naar adem en naar jou.
Proeven deed ik jou
en sindsdien dorst ik, honger ik naar jou.
Mij, lichtgeraakte, heb jij doen ontbranden.
En nu brand ik lichterlaaie naar jou toe,
om vrede.

—————–

TAFELGEBED


Niemand heeft U ooit gezien.
Liefde is uw naam.

Brood des levens heet die knecht
die uw kind genoemd wordt,
Jezus, kind uit Nazareth.

Liefde, zegt Gij, is te doen.
Werk in ons, dat wij U doen.
Licht ons op, dat wij U zien.

Dat wij leven wat geleefd moet.
Dat wij doen wat moet gedaan:
recht voor ieder mensenkind.

Brood voor ieder kind van mensen.
Vrede, en een nieuwe wereld.
En de dood zal niet meer zijn.

—————–

ONZE VADER


In de hemel onze vader
in een hemel die te hoog is –
waarom zijt Gij niet op aarde
hier nu God in mensen vrede?

Zijt Gij God en niet bij machte
moord en doodslag te voorkomen?
Waarom geeft Gij ons de vrijheid
elkaar zinloos te doen lijden?

Scheur de wolken
kom bevrijden.  (4x)

Plant uw geest in onze harten
zend uw kracht in onze handen
dat wij leren lief te krijgen
onze naaste vriend en vreemde.

Dat wij medicijnen vinden
tegen het ondraaglijk lijden.
Dat de groten dezer aarde
zich bekeren tot de armen.

Dat wij nieuwe wetten maken
om de honger uit te bannen,
dat wij gouden plannen smeden
tot beëindiging van lijden.

Scheur de wolken
kom bevrijden. (4x)

—————–

VREDEWENS


Vrede voor jou (6x)

—————–

VOORBEDEN


Roep onze namen
dat wij u horen
dat wij weer ademen
dat wij u leven.

—————–

SLOTGEBED

Gij met uw naam,
Uw vriendschap reikt tot in de hemel,
uw trouw tot aan het firmament.
Uw gerechtigheid staat als de bergen,
uw gericht komt nader als de vloed,
mens en dier zult Gij bevrijden,
onbetaalbaar uw vriendschap.

Daarom zoeken de kinderen der mensen
hun toevlucht in de schaduw van uw vleugels
En laven zich aan de overvloed van uw huis.

Aan de stromen van uw paradijs doet Gij hen drinken.
Bij U is de bron van het leven en in uw licht zien wij het licht.

—————–

ZEGEN

Dat uw woord ons leren zal elkaar te zegenen en te behoeden,
Dat wij ons keren naar elkaar en niet uit het oog verliezen…
Allen die aan onze zorgen zijn toevertrouwd.
Hij zegene en Hij behoede u.
Hij doet zijn aangezicht over u lichten en zij u genadig

—————–

SLOTLIED


Als daar muziek voor is,
wil ik het horen:
ik wil muziek voor oude mensen,
die nog krachtig zijn
en omgeploegd met lange, diepe voren
en ongelovig.

Die de wellust en de pijn nog kennen.
Die bezaten en verloren.
En àls er wijsheid is,
die geen vermoeidheid is,
en helderheid,
die geen versterving is,
wil ik die zien, wil ik die horen.
En anders wil ik zot en troebel zijn.

—————–

Met dank aan

  • Sabine Vanquaethem, Lut Cauberghs, Lieve Witdoeckt, Antoon Verleye en Jacques Goethals voor tekst, overweging en liedkeuze
  • Lieve Boone voor het aanleveren van de muzikale ondersteuning
  • Patrick Delanoeye voor de website

Het ga je goed… en tot volgende week!